Transitievergoeding, het hoe en wat
Transitievergoeding vanaf juli 2015
De Regering heeft de Wet Werk & Zekerheid (WWZ) gelanceerd. De transitievergoeding bij ontslag is onderdeel van deze nieuwe wet, die op 1 juli 2015 ingaat.
De nieuwe wet is een versoepeling van het ontslagrecht. Een maatregel is de ontslagvergoeding op basis van de kantonrechtersformule te laten vervallen. Daarvoor in de plaats komt een transitievergoeding. Deze transitievergoeding bedraagt een derde maandsalaris per gewerkt jaar bij een dienstverband tot 10 jaar en een half maandsalaris per gewerkt jaar voor ieder jaar dat het dienstverband langer heeft geduurd dan tien jaar. Het maximum is € 75.000 of een jaarsalaris bij een hoger inkomen dan € 75.000. Afwijkingen zijn alleen mogelijk als werkgever of werknemer zeer verwijtbaar zijn aan het ontslag.
Volgens de nieuwe wet Werk & Zekerheid (WWZ) moeten werknemers bij onvrijwillig ontslag een financiële vergoeding ontvangen: de transitievergoeding. Deze transitievergoeding zouden zowel werknemers met een vast contract als werknemers met een tijdelijk contract moeten ontvangen. De kantonrechter kan een hogere of lagere vergoeding toekennen dan de transitievergoeding. Er komt geen aparte norm of formule voor deze ontslagvergoeding. Ook geldt er geen maximum. Deze hogere of lagere ontslagvergoeding wordt door de kantonrechter alleen toegekend bij ernstige verwijtbaarheid of in een situatie die te wijten is aan de werkgever of werknemer. Dit blijft in de nieuwe wet een ontslagvergoeding genoemd worden.
Kantonrechtersformule kan wel gebruikt blijven worden in een vaststellingsovereenkomst
De vaststellingsovereenkomst bij ontslag met wederzijds goedvinden tussen werkgever en werknemer blijft mogelijk. Werkgever en werknemer kunnen een ontslagvergoeding (“oude stijl”) overeenkomen, bijvoorbeeld op basis van de kantonrechtersformule. Ook bij collectief ontslag kunnen werkgevers en werknemers (via de vakbonden) deze afspraken blijven maken.
De belangrijkste punten op een rijtje van de ontslagvergoeding in 2015, en hoe deze gaat veranderen. Ten eerste, de medewerker die wordt ontslagen moet minimaal 2 jaar in dienst zijn geweest bij het bedrijf. Hoe langer, hoe hoger de ontslagvergoeding of gouden handdruk natuurlijk gaat worden. Tijdelijk of vast maakt niet uit voor de nieuwe regels van het ontslagrecht in 2015.
Transitievergoeding in cijfers
Per gewerkt jaar 1/3 maandsalaris:
- Vanaf het 10e jaar een vergoeding van 1/2 maandsalaris.
- Aanvulling: Is de medewerker ouder dan 50 jaar, dan geldt vanaf het 10e jaar een vergoeding van een heel maandsalaris.
- Anvulling: het bedrijf moet minimaal 25 werknemers hebben, anders geldt de regel voor oudere werknemers niet.
- Maximaal €75.000, als het jaarsalaris meer dan €75.000 is, dan maximaal een bruto jaarsalaris.
Het is belangrijk om te weten dat oudere werknemers die de leeftijd van 50 jaar of ouder hebben bereikt tot 2020 nog kunnen rekenen op een bijzondere regeling. Zij kunnen tot dan immers genieten van een hogere vergoeding. Let wel, er zijn aan het verkrijgen van deze hogere vergoeding diverse voorwaarden verbonden. In het nieuwe ontslagrecht staat dat de persoon in kwestie minstens tien jaar werkzaam moet zijn bij het bedrijf en dient het bedrijf over minstens 25 werknemers te beschikken. De nieuwe ‘gouden handdruk 2015′ geldt dan ook niet voor werknemers van kleinere bedrijven. Deze zouden immers het risico lopen om gebukt te gaan onder de bijzondere ontslagregeling. Hoe dan ook, door deze (tijdelijke) uitzondering wordt in één klap duidelijk dat het aanpassen van de ontslagvergoeding vooral gericht is op jonge werknemers. Zij zouden het eenvoudiger moeten hebben om nieuw werk te vinden waardoor ze geen nood hebben aan een grote financiële compensatie. Voor oudere werknemers is dat een stuk moeilijker omdat zij doorgaans niet meteen over nieuw of in ieder geval gelijkaardig werk beschikken. Hoe het na 2020 verder moet is vooralsnog niet bekend.
De medewerker krijgt geen ontslagvergoeding als…
- De medewerker minderjarig is (onder 18 jaar) en 12 uur per week of minder dan 12 uur per week werkt. De jaren die hij/zij opbouwt voor je ontslagvergoeding geldt alleen vanaf 18 jaar. Stel dat de medewerker bijna 27 jaar oud is, en al 10 jaar voor het zelfde bedrijf werkt, dan werkt de medewerker voor de ontslagvergoeding 9 jaar bij het bedrijf.
- Het bedrijf failliet is, onder curatele staat of in de schuldsanering zit.
- De medewerker de pensioengerechtigde leeftijd heeft.
- De medewerker ontslagen is wegens ernstig verwijtbaar handelen / nalaten. Een staande voet valt hier natuurlijk ook onder. Als de medewerker naar de rechter gaat, kan hij/zij nog wel eens een ontslagvergoeding krijgen, maar die zal waarschijnlijk lager zijn dan waar de medewerker recht op had gehad als hij/zij niet op staande voet ontslagen was geweest.